Wanneer de eigen strategie het uitgangspunt is, dan hebben de STZ-ziekenhuizen het goed gedaan. Zij horen bij de koplopers en vinden aansluiting bij de academische ziekenhuizen. Zij hebben gezamenlijke ambities in hun keuze voor wetenschappelijk onderzoek, topklinische zorg en opleiding en zijn bezig deze te realiseren. Maar zij hebben wel een probleem. Zij kunnen niet goed kiezen, want ook de kleinschalige thuismarkt, die aantrekkelijk wordt door de transitie van zorg, trekt.
De SAZ-ziekenhuizen (​Samenwerkende Algemene Ziekenhuizen, red) daarentegen hebben niet zo een strakke strategie en nauwelijks gezamenlijke ambities, maar wel de competenties om in te spelen op de kansen die de ontwikkeling van de thuismarkt biedt. Zij hebben een verwevenheid met de regio, zij zijn klein en staan voor de `menselijke maat’, zij kennen de huisartsen en regionale zorgverleners. Maar ook zij hebben een probleem. Zij durven niet te kiezen.
Naast de minder complexe curatieve zorg zou deze groep algemene ziekenhuizen de chronische zieke oudere patiënt als doelgroep moeten omarmen en MSVT zorg, (Medisch Specialistische Verpleging in de Thuissituatie, red), hospital at home concepten, revalidatie producten, etc. aan hun assortiment moeten toevoegen. Daarnaast zouden zij hun business definition op termijn moeten oprekken van alleen de patiënt naar de vergrijsde populatie in het verzorgingsgebied. Allerlei preventieconcepten en –producten komen dan ook in aanmerking om opgenomen te worden in het aanbod. Nu zijn de meeste ziekenhuizen nog druk bezig met de herinrichting van de eigen processen; value based health care is op dit moment dé grote trend. De vraag is echter of een interne oriëntatie gericht op efficiëntie en kostenbesparing meer oplevert dan een externe oriëntatie waarbij beperking van schadelasten en risicobeheersing centraal staan.
Ik denk dat herinrichting van de processen noodzakelijk is, maar dat een oriëntatie op de markt minstens zo belangrijk is, omdat dit de reden van bestaan van het ziekenhuis bepaalt en ook daadwerkelijk iets toevoegt aan de invulling van de manifeste en latente behoefte van de doelgroepen.
Er is overigens één moedig algemeen ziekenhuis dat wel keuzes maakt en hier niet onvermeld mag blijven. Het ziekenhuis Bernhoven in Uden kiest voor een krimpstrategie en focust zich met tal van projecten op het herinrichten van de processen. Bernhoven laat zien dat de zorg beter en goedkoper georganiseerd kan worden zonder schaalvergroting. Maar ook hier is er nog geen sprake van een gezonde oriëntatie op de markt.
Mémé Bartels is marktstrateeg en medeauteur van het boek Later als ik oud ben, innovatie in de zorgsector. Zij is directeur van Science + Strategy (www.science.nl).