Ik heb in Bocholt drie jaar op de cardiologieafdeling gewerkt, en drie jaar op de oncologie, waar ik me onder andere bezig hield met stervensbegeleiding. De drie jaar op de oncologie waren mijn mooiste jaren in Duitsland. Dat klinkt misschien gek, maar ik vond het fantastisch om met deze patiënten te werken. Het zijn namelijk patiënten die enorm dankbaar zijn dat je ze verzorgt, wetende dat ze meestal de strijd tegen kanker zullen verliezen.
Deze mensen zijn zo enorm sterk en vechtlustig. Voordat ik op deze afdeling werkte, had ik niet eens het besef dat een mens dit in zich had. Veel patiënten maken zich druk over het eten wat ze in het ziekenhuis krijgen. Nou deze groep maakt zich daar juist helemaal niet meer druk om. Ze zijn al dankbaar als je ze een schouderklopje geeft, of dat je tijd vrij maakt voor een praatje.
Wat ik nooit zal vergeten is dat ik destijds een man verzorgde die uitgezaaide longkanker had. Het was een man van 45 jaar oud, de vader van drie nog jonge kinderen en de echtgenoot van een heel lieve vrouw. Het ging erg slecht met deze man. De chemokuur sloeg niet aan, en hij werd alleen maar zieker en zieker. Op een gegeven moment kwam deze man in het palliatieve traject terecht. Dat wil zeggen dat we ons nog uitsluitend richtten op zijn comfort. We zorgden ervoor dat hij geen pijn meer had, maar aan zijn genezing konden we niets meer bijdragen.
Op een ochtend zag ik aan de man dat hij klaar was met vechten. Hij zei dat het zo genoeg was, en hij vroeg me of ik zijn vrouw en zijn ouders wilde bellen. Ik vroeg hem of ik verder nog iets kon betekenen. Of hij nog een wens had of dat ik iets anders voor hem kon doen. 'Ja', zei hij. 'Ik heb zo'n zin in een glas rode wijn!'
Oké dacht ik, dat ga ik voor hem regelen. het enige probleem was dat er geen alcohol in het ziekenhuis te krijgen was. Dus toen heb ik een non gevraagd of zij om de hoek in de supermarkt een fles rode wijn wilde halen. Ik gaf haar tien euro, en ik zei dat ze het wisselgeld mocht houden voor de kerk.
Zo gezegd zo gedaan. Ze kwam terug met een fles rode wijn. In het bijzijn van zijn gezin en zijn ouders dronk hij met een brede glimlach zijn glas rode wijn op. Hij was zo dankbaar en blij dat hij er een traantje van moest laten. Na een uur is hij rustig ingeslapen in het bijzijn van zijn lieve vrouw, kinderen en ouders.
Ik heb toen een hele dikke knuffel gekregen van zijn familie. Ze waren zo blij met dit kleine gebaar. Het gaf mij een zéér bijzonder en ontroerend gevoel. Ik ging toen zelf met een brede glimlach naar huis!!
Wat een bijzonder mooi dankbaar werk heb ik toch! Een ervaring die ik nooit meer zal vergeten!!
Andreas Boender-Vaags is verpleegkundige in het OLVG Oost in Amsterdam op de afdeling MDL.