Toch houdt dit niet in dat alles op rolletjes loopt. Sterker nog, er zijn legio voorbeelden waarbij verbeteringen eenvoudig aan te brengen zijn. Laat me een voorbeeld geven; in de farmacie is meestal een apotheker eindverantwoordelijk. Wellicht niet eens zo onlogisch, de wet schrijft in een aantal zaken voor waar de apotheker eindverantwoordelijk voor is. Inkoop van medicijnen, het farmaceutisch beleid en andere farmaceutische vraagstukken. Desalniettemin zie ik maar zelden een algemeen manager in een openbare of een ziekenhuisapotheek. Er is een opleiding tot farmakundige, er is een opleiding voor pharmacy practitioner en er zijn diverse bijscholingen beschikbaar.
Inhoudelijk zit het volgens mij wel snor, maar op leidinggevend gebied zie ik de nodige ruimte voor verbeteringen. Wie kan mij uitleggen waarom een (ziekenhuis)apotheker bij uitstek geschikt is om personele zaken te behartigen, om organisatorische zaken aan te pakken en in te springen op toekomstige ontwikkelingen, zonder te handelen vanuit beroepsdeformatie? Welke bagage hiervoor hebben deze (ziekenhuis)apothekers meegekregen in hun opleiding? Waarom wordt er zo zelden zakelijk gekeken naar een apotheek? Dit zijn vragen waar ik oprecht geen antwoord op heb en waar ik me over verbaas.
Ik sprak onlangs iemand die werkzaam is bij een grote landelijke bank en zij vertelde welke secundaire mogelijkheden zij hebben, los van de financiële middelen. Ik vroeg haar of zij mij kon uitleggen waarom haar bank dit doet en zij vertelde me dat zij een leidinggevende heeft die weliswaar oog heeft voor het zakelijke belang, maar ook voor het personele belang. Te meer daar de post ‘personele kosten’ een nogal grote post is. Dit geldt zeker voor ziekenhuisapotheken, waar de kosten van medicatie in een aantal gevallen doorberekend worden aan de verpleegafdelingen. Als het personeel de grootste kostenpost is, waar we het meeste geld aan uitgeven, waarom zetten we daar dan geen deskundige, getrainde leidinggevende boven? Ik zet toch ook geen slager neer in een bakkerij, in de hoop dat alles goed komt?
Mijn punt is dat we veel kunnen leren van de commerciële sector, zonder dat we in een Calimero-houding hoeven te schieten. Een van onze sterke punten is namelijk onze klantenbinding, excuus, onze betrokkenheid. Laten we dat vooral koesteren, maar laten we ook openstaan voor wat sommigen de vijand noemen; de profitsector.
Als een apotheker de kennis, kunde en zin heeft om leiding te geven, laat hem of haar dan. Liever zie ik echter dat de apotheker bezig is met waar hij of zij goed in is: farmaceutisch inhoudelijke zaken voor zijn of haar rekening nemen. Laat een andere deskundige dan verantwoordelijk zijn voor de overige zaken, opdat we zo veel mogelijk uit de afdeling, de apotheek en vooral uit de medewerkers halen.
Edwin Muis is teamleider van ziekenhuisapotheek Sneek